1:1
بِسْمِ اللَّهِ الرَّحْمَٰنِ الرَّحِيمِIn de naam van Allah, de meest Barmhartige, de meest Genadevolle.
Periode: Mekkaans
Verzen: 7
بِسْمِ اللَّهِ الرَّحْمَٰنِ الرَّحِيمِIn de naam van Allah, de meest Barmhartige, de meest Genadevolle.
الْحَمْدُ لِلَّهِ رَبِّ الْعَالَمِينَAlle lof en dank komt (alléén) Allah toe, de Bezitter van (alle) wereldwezens1.
الرَّحْمَٰنِ الرَّحِيمِDe meest Barmhartige 1, de meest Genadevolle 2.
مَالِكِ يَوْمِ الدِّينِDe enige Eigenaar (van het tijdstip) van de Dag der Opstanding.
إِيَّاكَ نَعْبُدُ وَإِيَّاكَ نَسْتَعِينُU (alléén) aanbidden wij, en U (alléén) vragen wij (voor alles en tegen iedereen) om hulp.
اهْدِنَا الصِّرَاطَ الْمُسْتَقِيمَLeid ons naar het rechte pad.
صِرَاطَ الَّذِينَ أَنْعَمْتَ عَلَيْهِمْ غَيْرِ الْمَغْضُوبِ عَلَيْهِمْ وَلَا الضَّالِّينَHet pad van degenen die Uw gunsten hebben verworven 1 en niet (naar het pad) van degenen die Uw woede hebben opgewekt 2, noch (naar het pad) van de dwalenden 3.