Surah يُونُسَ (Al-Faatiha) - Ayah 28

Periode: Mekkaans

10:28

وَيَوْمَ نَحْشُرُهُمْ جَمِيعًا ثُمَّ نَقُولُ لِلَّذِينَ أَشْرَكُوا مَكَانَكُمْ أَنتُمْ وَشُرَكَاؤُكُمْ ۚ فَزَيَّلْنَا بَيْنَهُمْ ۖ وَقَالَ شُرَكَاؤُهُم مَّا كُنتُمْ إِيَّانَا تَعْبُدُونَ

En de Dag waarop Wij hen allen zullen verzamelen, dan zullen Wij tegen degenen zeggen die deelgenoten in de aanbidding aan Ons toekenden: “Stop op jullie plaats! Jullie en jullie deelgenoten,” dan zullen Wij hen scheiden en de deelgenoten zullen zeggen: “Wij waren het niet die jullie aanbaden.”