Surah النَّحۡلِ (Al-Faatiha) - Ayah 63

Periode: Mekkaans

16:63

تَاللَّهِ لَقَدْ أَرْسَلْنَا إِلَىٰ أُمَمٍ مِّن قَبْلِكَ فَزَيَّنَ لَهُمُ الشَّيْطَانُ أَعْمَالَهُمْ فَهُوَ وَلِيُّهُمُ الْيَوْمَ وَلَهُمْ عَذَابٌ أَلِيمٌ

Bij Allah, Wij hebben beslist (boodschappers) gestuurd naar de volkeren die aan jou zijn voorafgegaan. Maar sjaitaan ‘verfraaide’ (en verdraaide) hun daden (dus zagen ze hun zondes als goede daden en verloochenden ze de profeten). Dus hij (Sheitan) is hun voogd vandaag en voor hen zal er een pijnlijke bestraffing zijn.