Surah النَّحۡلِ (Al-Faatiha) - Ayah 83

Periode: Mekkaans

16:83

يَعْرِفُونَ نِعْمَتَ اللَّهِ ثُمَّ يُنكِرُونَهَا وَأَكْثَرُهُمُ الْكَافِرُونَ

Zij kennen de gunsten van Allah, maar toch blijven zij in staat van ontkenning (door anderen dan Hem te aanbidden) en de meesten van hen zijn ongelovigen.