Surah الكَهۡفِ (Al-Faatiha) - Ayah 53

Periode: Mekkaans

18:53

وَرَأَى الْمُجْرِمُونَ النَّارَ فَظَنُّوا أَنَّهُم مُّوَاقِعُوهَا وَلَمْ يَجِدُوا عَنْهَا مَصْرِفًا

En de misdadigers zullen het vuur zien en vrezen dat zij daar in zullen vallen. En zij zullen geen ontsnappingsweg voor zichzelf kunnen vinden.