Surah الكَهۡفِ (Al-Faatiha) - Ayah 90

Periode: Mekkaans

18:90

حَتَّىٰ إِذَا بَلَغَ مَطْلِعَ الشَّمْسِ وَجَدَهَا تَطْلُعُ عَلَىٰ قَوْمٍ لَّمْ نَجْعَل لَّهُم مِّن دُونِهَا سِتْرًا

Tot hij op de plaats kwam waar de zon opkomt, bij de opkomst vond hij een volk waarvoor Wij geen beschutting hadden gegeven tegen de zon.