Surah طه (Al-Faatiha) - Ayah 25

Periode: Mekkaans

20:25

قَالَ رَبِّ اشْرَحْ لِي صَدْرِي

(En Moesa u smeekte): “O mijn Heer! Verruim mijn hart voor mij (zodat ik deze zware boodschap kan dragen).”