Surah الحَجِّ (Al-Faatiha) - Ayah 48

Periode: Medinees

22:48

وَكَأَيِّن مِّن قَرْيَةٍ أَمْلَيْتُ لَهَا وَهِيَ ظَالِمَةٌ ثُمَّ أَخَذْتُهَا وَإِلَيَّ الْمَصِيرُ

En vele steden heb Ik uitstel gegeven terwijl het aan de zonden was overgedaan. toen greep Ik hen (met bestraffing). En tot Mij is de terugkeer.