28:76
إِنَّ قَارُونَ كَانَ مِن قَوْمِ مُوسَىٰ فَبَغَىٰ عَلَيْهِمْ ۖ وَآتَيْنَاهُ مِنَ الْكُنُوزِ مَا إِنَّ مَفَاتِحَهُ لَتَنُوءُ بِالْعُصْبَةِ أُولِي الْقُوَّةِ إِذْ قَالَ لَهُ قَوْمُهُ لَا تَفْرَحْ ۖ إِنَّ اللَّهَ لَا يُحِبُّ الْفَرِحِينَWaarlijk, Karoen behoorde tot het volk van Moesa, maar hij gedroeg zich hooghartig tegen hen. En Wij gaven hem van de schatten, datgene waarvoor de sleutels voor de lichamen van sterke mannen een last was om die te dragen. Toen zijn volk tegen hem zei: “Wees niet blij (met ondankbaarheid voor de gunsten van Allah, en door jezelf). Maar Waarlijk! Allah houdt niet van degenen die blij zijn (met de ondankbaarheid voor de gunsten van Allah).