28:8
فَالْتَقَطَهُ آلُ فِرْعَوْنَ لِيَكُونَ لَهُمْ عَدُوًّا وَحَزَنًا ۗ إِنَّ فِرْعَوْنَ وَهَامَانَ وَجُنُودَهُمَا كَانُوا خَاطِئِينَToen pikte de huishouding van Farao hem op, dat hij voor hen een vijand moge worden en hen verdriet moge bezorgen. Waarlijk! Farao, Haman en hun legers waren zondaren.