Surah العَنكَبُوتِ (Al-Faatiha) - Ayah 51

Periode: Mekkaans

29:51

أَوَلَمْ يَكْفِهِمْ أَنَّا أَنزَلْنَا عَلَيْكَ الْكِتَابَ يُتْلَىٰ عَلَيْهِمْ ۚ إِنَّ فِي ذَٰلِكَ لَرَحْمَةً وَذِكْرَىٰ لِقَوْمٍ يُؤْمِنُونَ

Is het niet voldoende voor hen dat Wij voor jou (o Mohammed) het Boek neer hebben neergezonden, Waaruit gereciteerd wordt voor hen? Waarlijk, hierin is een genade en een waarschuwing voor een volk dat gelooft.