Surah سَبَإٍ (Al-Faatiha) - Ayah 32

Periode: Mekkaans

34:32

قَالَ الَّذِينَ اسْتَكْبَرُوا لِلَّذِينَ اسْتُضْعِفُوا أَنَحْنُ صَدَدْنَاكُمْ عَنِ الْهُدَىٰ بَعْدَ إِذْ جَاءَكُم ۖ بَلْ كُنتُم مُّجْرِمِينَ

En degenen die arrogant waren zullen tegen degenen die zwak beoordeeld zijn, zeggen: “Hebben wij jullie van de leiding weerhouden nadat het tot jullie was gekomen? Nee, maar jullie waren ook misdadigers.”