Surah الصَّافَّاتِ (Al-Faatiha) - Ayah 55

Periode: Mekkaans

37:55

فَاطَّلَعَ فَرَآهُ فِي سَوَاءِ الْجَحِيمِ

Dus keek hij (de paradijsbewoner) naar beneden en zag hem (zijn metgezel vroeger) te midden van het vuur.