Surah مُحَمَّدٍ (Al-Faatiha) - Ayah 30

Periode: Medinees

47:30

وَلَوْ نَشَاءُ لَأَرَيْنَاكَهُمْ فَلَعَرَفْتَهُم بِسِيمَاهُمْ ۚ وَلَتَعْرِفَنَّهُمْ فِي لَحْنِ الْقَوْلِ ۚ وَاللَّهُ يَعْلَمُ أَعْمَالَكُمْ

Als Wij het gewild hadden, dan hadden Wij hen aan jou kunnen tonen en jij zult hen herkend hebben door hun tekenen, en jij zult hen herkennen door de manier van spreken! En Allah kent al jullie daden.