Surah الأَنۡعَامِ (Al-Faatiha) - Ayah 23

Periode: Mekkaans

6:23

ثُمَّ لَمْ تَكُن فِتْنَتُهُمْ إِلَّا أَن قَالُوا وَاللَّهِ رَبِّنَا مَا كُنَّا مُشْرِكِينَ

Er zal dan geen andere verontschuldiging (over zijn) voor hen dan te zeggen: “Bij Allah, onze Heer, wij waren niet degenen die deelgenoten aan Allah in de aanbidding toekenden.”